Column Sheila Sitalsing: Man dood, vrouw aan de macht

Jemen. Land van grote armoede en chaos, en verwikkeld in een bloedige oorlog. Dat zou, zou je denken, hoe cynisch ook, kansen moeten scheppen voor vrouwen

Sinds Rosie the Riveter (de getekende fabriekvrouw met gestippelde hoofddoek en spierballen) heeft het idee postgevat dat een oorlog een uitstekende katalysator kan zijn voor vrouwenemancipatie. Mannen naar het front of dood, vrouwen die in de fabriek de touwtjes in handen nemen, knappe jongen die dan nog de geest terug in de fles krijgt. Daarna braken de jaren vijftig aan en gingen heel wat Rosies terug naar het aanrecht, maar het luikje van nieuwe mogelijkheden was opengegaan.

[blendlebutton]

Een halve eeuw later gebeurde iets vergelijkbaars in Rwanda: gruwelijke burgeroorlog, genocide, en toen de mannen dood waren, of verminkt en getraumatiseerd, grepen de vrouwen de macht. Tegenwoordig is Rwanda een van de weinige landen ter wereld waar vrouwen meer dan de helft van de politieke posities bezetten en ook anderszins de dienst uitmaken. Het land staat vierde in de Global Gender Gap Index, direct onder IJsland, Noorwegen en Finland. (Nederland staat 32ste, dankzij zijn deeltijd- en aanrechtcultuur en dankzij een premier die “de kwaliteit staat voorop” zegt, als hem gevraagd wordt waar de vrouwen in zijn clubje blijven – en dan wel Halbe Zijlstra aanstelt.)

Helemaal onderaan het ranglijstje van de seksekloofindex bungelt Jemen. Land van grote armoede en chaos, en verwikkeld in een bloedige oorlog. Dat zou, zou je denken, hoe cynisch ook, kansen moeten scheppen voor vrouwen. Om zich te bevrijden, naar school te gaan, zich zonder toestemming of chaperonne buiten de bescherming van het eigen huis te mogen begeven, buitenshuis werk te vinden, hun stem te verheffen, macht te verwerven.

Het gebeurt niet, schreef Nadia Al-Sakkaf, genderonderzoeker aan de Reading Universiteit in Engeland en voormalig minister in Jemen (en de eerste vrouwelijke minister) onlangs in een opiniestuk voor CNN. Ja, vrouwen krijgen meer verantwoordelijkheden naarmate de mannen door de oorlog wegvallen. Ze hebben vuurwapens om hun bezit te beschermen. Ze moeten de straat op om zelfgebakken brood te verkopen, of elders hun diensten aan te bieden als huishoudster.
Maar macht – zelfbeschikking, onafhankelijkheid, vrijheid – heeft het ze nog niet geschonken, schrijft Al-Sakkaf. Het blijven mannen die de bevelen uitdelen, het zijn mannen die de humanitaire hulp verdelen en bepalen wie wat krijgt.

Over hulp vanuit klinieken voor seksuele voorlichting en geboortebeperking schrijft ze niet, maar ook daar is het een man, Donald Trump, die de Amerikaanse donaties aan dit soort klinieken heeft stopgezet – in Jemen staan de klinieken van Marie Stopes International. Mede dankzij SheDecides van Liliane Ploumen kunnen die klinieken blijven draaien. Zo helpt nummer 32 op de lijst nummer 144.

En bij elke Jemenitische vrouw die de straat op gaat om de kost voor haar kinderen te verdienen, gaat het luikje van de mogelijkheden een stukje verder open.

[/blendlebutton]

 

%d bloggers liken dit: