Internationale Vrouwendag. Is er iets te vieren?

Sinds 1922 ‘vieren’ we de Internationale Vrouwendag wereldwijd op 8 maart maar al in 1912 deden we zoiets in ons land, op 12 mei. Over de oorsprong lopen de meningen uiteen. Op 8 maart 1908 staakten vrouwelijke textielarbeiders in New York. Op 8 maart 1917 was er in St. Petersburg een grote staking en demonstratie. In 1907 was er de eerste Internationale Socialistische Vrouwenconferentie in Stuttgart. Internationale Vrouwendagen werden in meerder landen op wisselende tijdstippen gevierd, in 1921 werd door het Internationale Vrouwensecretariaat voor 8 maart gekozen.

Omdat de Internationale Vrouwendag wordt ‘gevierd’ is de vraag gerechtvaardigd of er iets te vieren is.

Omdat de oorsprong al zo’n 100 jaar achter ons ligt kunnen we vaststellen dat het allemaal met een slakkengangetje gaat. Maar het afgelopen jaar was er sprake van een flinke ommekeer met ‘Hollywood’-actrices die zich hardop afvragen waarom ze én minder verdienen dan mannen én veel minder dragende rollen krijgen. Min of meer tegelijkertijd was er opeens #MeToo. Machtige en misbruikende mannen werden letterlijk en figuurlijk gesloopt, ze moeten opstappen, zijn niet meer bankable en gaan – in het geval van Harvey Weinstein – al letterlijk failliet. Als het die mannen om geld en vrouwen gaat, dan is dat wat je ze moet afnemen. Overigens bedacht de Amerikaanse Tarana Burke al in 2006 de uitdrukking MeToo, ze liep al sinds 1996 met de gedachte rond.

#metoo kunnen we zien als een echte doorbraak maar het beslaat maar een deel van het slagveld. Kijkend naar ons eigen land zien we nog steeds grote verschillen in beloning van vrouwen en mannen en de kansen die vrouwen krijgen. Het Nederlandse bedrijfsleven lijkt weinig onder de indruk van het wettelijke streefcijfer van 30 procent vrouwen in de top. In de vijf jaar die de wet bestaat is het aantal vrouwen in raden van bestuur met minder dan 3 procentpunt toegenomen (naar 10,7 procent), in de raden van commissarissen met ruim 5 procent (naar 15 procent). „De tijd van motiveren, stimuleren en maar hopen dat het goedkomt is nu voorbij”, zegt Caroline Princen, voorzitter van de commissie Monitoring Streefcijfer Wet bestuur en toezicht (Wbt).

“De tijd van stimuleren en hopen dat het goedkomt is voorbij.”

Halverwege 2017 had 70 procent van de bedrijven geen enkele vrouw in de raad van bestuur, en de helft had geen vrouw in de raad van commissarissen. In het geval van vacatures werden er niet méér vrouwen benoemd dan in eerdere jaren.

Het is voor het eerst dat de commissie een quotum aanbeveelt. Intussen reageert D66-minister Van Engelshoven. Desgevraagd zegt ze dat ze „niks uitsluit”. Ze geeft de bedrijven nog één jaar de tijd voor „een echt heel zichtbare en forse eindsprint. Een quotum is een mogelijkheid, maar bijvoorbeeld ook naming and shaming of een verplicht streefcijfer per bedrijf met een concreet tijdpad”. Van Engelshoven: „Ik ga in 2019 afrekenen.”

 

%d bloggers liken dit: