NEE, NEE, NEE. GEEN BASISINKOMEN

Het basisinkomen is hot. Maar liefst vijf politieke partijen willen iets met deze vorm van gratis geld. De PvdA en D66 pleiten voor experimenten door gemeentes. GroenLinks wil zelfs een landelijk, grootschalig, meerjarig experiment. De Piratenpartij ziet wel wat in een negatieve belastingaanslag voor minima. En de Partij voor de Dieren wil uitzoeken of de staat elke Nederlander op een basisinkomen zou kunnen trakteren. Ook uit feministische hoek komt bijval. De Vrouwen Partij streeft naar een onvoorwaardelijk basisinkomen (OBI) tot jaarlijks 12.000 euro voor studenten, zzp’ers, uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden met weinig tot geen armslag.
Ook buiten ons land is het basisinkomen in. Acht van de tien Finnen hebben vorig jaar ingestemd met een grootschalig experiment. En hoewel een overgrote meerderheid tegen was wegens onbetaalbaar, stemde toch bijna een kwart van de Zwitsers voor een maandelijks basisinkomen van 2.250 euro per volwassene plus 560 euro per kind. In Nederland zijn grote gemeenten als Utrecht, Groningen, Tilburg, Wageningen en Leeuwarden in het basisinkomen gedoken. Daar willen ze het uittesten op inwoners die balanceren op de armoedegrens.
Het OBI is de meest verregaande vorm van zo’n basisinkomen. Als de voorstanders hun zin krijgen, ontvangt elke Nederlander periodiek een (vast) bedrag van de overheid – bijvoorbeeld 1.000 euro per maand – zonder dat daar verplichtingen tegenover staan. Dit zou, volgens de pleitbezorgers, resulteren in meer vrijheid, creativiteit, zelfontplooiing, tijd voor studie, mantelzorg, kleinschaligheid, zinvollere arbeid en een herwaardering van huishoudelijk werk. Tegelijkertijd zou onze samenleving opfleuren door minder armoede, stress, ongelijkheid, schaamte en ziekte. En tot slot zou het basisinkomen ook het rondpompen van tientallen miljarden euro’s in toeslagen, aftrekposten en re-integratietrajecten kunnen vervangen. Wat een paradijs! Hoewel…

‘Het is als sporten zonder te hoeven bewegen, of leven zonder ooit te hoeven balen’

De pleitbezorgers van het OBI zien twee enorme obstakels over het hoofd. Ten eerste de kosten. Die zouden per saldo 135 miljard euro zijn, te financieren door Nederlanders die wél een inkomen verdienen. Een doorsnee werkende zal dan volgens het Centraal Planbureau 56,6 procent inkomstenbelasting moeten gaan afdragen. Die hoge prijs zal betaalde arbeid ontmoedigen, wat het OBI nóg duurder maakt. Enzovoorts. Dit maakt het OBI een onhaalbare utopie.
Hierbij komt de misvatting dat het basisinkomen zal leiden tot een ideale samenleving, bevolkt door creatieve, initiatiefrijke en actieve mensen. Maar in een consumptiegedreven meritocratie als de onze, bevolkt door geldhongerige, calculerende, status-beluste burgers, krijg je vooral aanzien en vrijheid door je eigen geld te verdienen. En dus niet doordat je met je basisinkomen achter het aanrecht staat. Daarbij is niet elk mens een vlijtige mier. Velen hebben meer weg van een rivierkrokodil. Dit reptiel
kan maandenlang lui wachten op de regentijd. Zodra de rivier weer stroomt, opent hij zijn bek, zodat de
verse vis er vanzelf en gratis kan inspringen. Daarna dut hij weer in.
Geloof dus maar niet dat gratis geld iedere vrouw vanzelf actief, initiatiefrijk, vrij, creatief, gelijk en onafhankelijk maakt. Eigenlijk is het geloof in het basisinkomen net zoiets als hopen dat je kunt lijnen zonder honger te hoeven lijden, sporten zonder te hoeven bewegen, of leven zonder ooit ergens van te hoeven balen. Vrijheid, gelijkheid en geluk krijg je nooit om niet. Je moet er per definitie voor knokken. Met een basisinkomen lukt dat niet.
Door Erica Verdegaal
Erica Verdegaal is econoom en schrijft over geldzaken voor o.a. NRC Handelsblad en trosradar.nl.