‘Shoot the women first.’ Waar zijn de vrouwelijke terroristen?
Na helaas weer een gruwelijke dag en nacht van terroristische aanslagen in Spanje valt het op dat dit soort aanslagen het domein van geradicaliseerde mannen lijkt te zijn. Waar zijn de vrouwen?
‘Shoot the women first’ is de titel van een in 1991 verschenen boek van de Ierse journalist Eileen MacDonald. Zij stuitte op het fenomeen dat er, in de tijd dat we in Europa ook ‘gewoon’ terrorisme van eigen bodem en vrij van islam-invloeden hadden – denk aan de Baader-Meinhof Groep, de Rote Armee Fraktion, de ETA en de Brigate Rosse – er bij de bestrijders van dat terrorisme een extreme angst heerste voor juist de rol van de vrouw in die organisaties.
Volgens expert Beatrice de Graaf was het binnen westerse links-revolutionaire organisaties in de jaren zeventig gewoon dat vrouwen actief waren. Vrouwen mochten meedoen, aanschuiven, maar vooral als collectief eigendom van de mannen, als recuperatiematras, als koerier en soms waren beeldbepalend zoals onze eigen Tanja Nijmeijer bij de FARC. Maar dat zijn echt uitzonderingen. Het lijkt erop dat ook binnen de huidige jihadistische organisaties vrouwen overwegend zo’n rol spelen. Vrouwen zijn ‘goedkoper’, worden minder gecontroleerd en gefouilleerd. In de cultuur van het Midden-Oosten zijn ze minder waard dan mannen en kunnen ze best ‘opgeofferd’ worden. Zeker wanneer het ongehuwde of onhuwbare dochters betreft, of vrouwen wier man is omgekomen en die als weduwe minder status hebben.
In die zin was de angst die MacDonald bij de bestrijders aantrof onverklaarbaar, het echte gevaar kwam toch van de mannen, die deden het vuile werk. In de jaren ’70 – de Tweede feministische Golf was nog maar net aangebroken – had een Duitse veiligheidsfunctionaris daar zo z’n eigen ideeën over. Door de invoering van de pil zou seksualiteit zijn prikkel hebben verloren. Vrouwen gingen op zoek naar een nieuwe ‘kick’. Vrouwen hadden immers een grens overschreden. Als zij de rol van moeder, echtgenote of huisvrouw achter zich lieten waren zij meedogenloos als terrorist en in hun haat tegen het establishment. Het is het beeld dat opduikt in interviews met terrorismebestrijders en politieagenten. Vandaar ‘Shoot the women first’
Dat de meeste vrouwen wel iets anders aan hun hoofd hadden – net als de meeste mannen trouwens – ontging de man maar het verklaart wel de hysterische achtervolging van Ulrike Meinhof, die toen ze in 1970 bij de oprichting van de RAF meehielp nog geen pistoolschot had gelost, maar wel als enige een prijs van 10.000 West-Duitse marken op haar hoofd kreeg, terwijl Andreas Baader de drijvende kracht was.