Marathon Amsterdam. NRC noemt 34-jarige gelauwerde atlete Meseret Defar een ‘wankel omaatje’
Soms vragen we ons af: ‘Waar doen we het voor?’. Nog vorige week vrijdag verwezen we hier naar een Unesco-onderzoek naar de typering van vrouwen in de media, vooral in de sport. U leest het hier, VROUWEN IN HET NIEUWS: EEN TREURIG VERHAAL.
Gisteren liep Meseret Defar haar eerste marathon, in Amsterdam. Op de baan heeft ze op haar afstanden zo ongeveer alles gewonnen wat er te winnen valt. Wereldkampioene, Olympisch kampioene, dat niveau. Maar ze wil vooral doorlopen, heel veel lopen. Vandaar haar besluit om het te proberen in de marathon, ze deed het niet eerder en kwam in de – alleen voor haar teleurstellende – tijd van 2.27.25 over de finish. De winnares, de Ethiopische Tadelech Bekele had er 2.23.14 uur voor nodig. Inderdaad: vier minuten minder.
Het verhaal van Defar is ook om andere dan sportieve redenen bijzonder. Nog voor ze moeder werd van haar eigen kind adopteerde ze twee kinderen. Ze zet zich in voor vrouwenemancipatie in Ethiopië. Nu nog voor zover haar sport dat toelaat, maar na haar sportcarrière wil ze zich daar helemaal op richten, op verbetering van de leefomstandigheden van vrouwen in haar land. Zo is ze is ambassadrice van de UNFPA, het fonds van de Verenigde Naties dat zich onder meer inzet voor rechten van jonge vrouwen en bewust gewenste zwangerschappen.
Bij de mannen kwam er ook iemand minuten later dan de winnaar over de streep. Ongetwijfeld ook uitgeput want dat doet een marathon met je. Niemand op de sportredactie van NRC-Handelsblad die het in z’n hoofd haalde om Hillary Kipsambu, de Keniaan die ruim drie minuten na de winnaar binnenkwam een ‘wankel opaatje’ te noemen. Maar Meseret Defar is volgens NRC een ‘wankel omaatje’.