In de nieuwe OPZIJ: Myrthe Hilkens over de #selfie-cultuur
Gezocht: een extroverte, mooie, slanke, individualistische, optimistische, hard werkende, maatschappelijk bewuste, ondernemende man/vrouw met selfie camera. Liefst populair, voor altijd jonger dan dertig en met duizenden volgers op social media. Gevonden: een mislukking.
‘Ik selfie dus ik besta’. Zo luidt de kop van ons coververhaal van de nieuwe OPZIJ, geschreven door Myrthe Hilkens.
Welkom, mens, in de tegenwoordige tijd. De tijd van ‘influencers’ en perfecte plaatjes. De tijd van dansend haar en voor altijd rimpelvrij, van heilige kinderen en een nog heiliger gevoelsleven. ‘Ik voel dat nu eenmaal zo.’ Dag in dag uit geven we elkaar op social media als Facebook, Twitter en Instagram likes, hartjes en duimpjes omhoog. Of we tellen hoeveel we er van anderen, volgers of vrienden, krijgen. Hou van me. Lees me. Vind me belangrijk. Zie mij. De totaalruptuur na zwangerschap, de uitgewoonde joggingbroek, de grijze kringen onder je ogen na een avond stappen; die bewaren we voor thuis. Online zijn we allemaal, man of vrouw, dames die niet poepen. En dat is ook de Engelse journalist en schrijver Will Storr niet ontgaan. In zijn recent verschenen boek Selfie, zoekt hij naar een antwoord op de vraag hoe we zo bezeten zijn geraakt van onszelf, en wat het met ons doet. De kaft, zilver glimmend, is als een spiegel. Zodat de lezer voordat hij het boek openslaat eerst nog even van zichzelf kan genieten, of schrikken, afhankelijk van het aantal behaalde resultaten onder het kopje ‘gezocht’. De kans dat je je meer mislukt dan geslaagd voelt, is de laatste jaren overigens aantoonbaar groter geworden. Niet voor niets heet het eerste hoofdstuk van Selfie ‘Boek Nul, De Stervende Mens’.
Waar Narcissus verliefd werd op zijn eigen reflectie in een kristalhelder water, staart Kardashian naar zichzelf via het verlichte scherm van haar telefoon
De pillenpotjes vliegen wereldwijd – en zeker in het Westen – ononderbroken over de toonbank. Van antidepressiva tot kalmeringstabletten, van steroïden tot allerhande supplementen. We slikken ons een weg terug naar het licht, naar rust, of een route naar gespierd, jong en vitaal. Het regent onderzoeken in Selfie. De mens van nu blijkt in toenemende mate perfect op Facebook of Instagram, maar verdrietig bij het zien van zijn eigen reflectie in het raam van de Apple Store. Ik mag als veertiger heus een klein buikje hebben, stelt Storr’s ratio. Gadverdamme wat ben je in verval, fluistert zijn gevoel als hij zichzelf inderdaad in de ruit van zo’n winkel terugziet. En Storr worstelt niet als enige met die contradictie tussen wie je vindt dat je mag zijn en wie je denkt dat je moet zijn.
Het aantal jongeren met eetstoornissen nam in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk exponentieel toe in de voorbije jaren, en ook de groep die lijdt aan Body Dysmorphic Disorder (BDD) – kortweg ingebeelde lelijkheid – groeit. We lezen over jonge mensen die al vroeg in hun leven onder ‘sociale of maatschappelijke druk’ bezwijken. Over wetenschappers die concluderen dat de hang naar perfectionisme onder een nieuwe generatie toeneemt. Dat concluderen die wetenschappers niet op basis van hun natte vingers, maar steeds opnieuw op basis van onderzoek. “Recente generaties menen dat anderen hogere eisen stellen aan hen, ze stellen zelf hogere eisen aan anderen en aan zichzelf.”