Reportage Buitenland: EENDENMOSSEL als emancipatiebron

DOOR STÉPHANIE BORGERS

Galicië is de meest noordwestelijk gelegen provincie van Spanje waar jaarlijks duizenden de hoofdstad Santiago de Compostella bezoeken, het bekende en populaire bedevaartsoord, dat liefst te voet moet worden bereikt. Van een hele andere orde zijn de vrouwenvissers die de gevaarlijke golven in Galicië bezweren. Dagelijks riskeren ze hun leven om hun gezinnen te voeden met de zeldzame eendenmossel.

Vlijmscherpe rotsen van tientallen meters afdalen op zoek naar een zeldzame zeevrucht, de eendenmossel ofwel percebe, terwijl de woeste golven van de oceaan hen het liefst de diepte insleurt. In het Spaanse Galicië, aan de Costa do Morte, vind je nog vrouwen die het harde werk van percebeira op zich nemen alsof het de normaalste job van de wereld is. Verantwoord of niet, het maakte wel dat de emancipatie zich in deze streken veel sneller ontwikkelde. Nu zijn het de laatste vrouwen op de rotsen, want de kostbare zeevrucht sterft langzaam maar zeker uit door een onevenwichtige exploitatie.

María del Mar heeft haar naam niet gestolen. Ze is een echte vrouw van de zee en een van de laatste percebeiras van Galicia. Haar werk is het vangen van percebe, de eendenmossel, een uiterst gewaardeerde zeevrucht, die in steeds mindere mate op de rotsen van de onherbergzame kust in Noord-Spanje en Portugal leeft en enkel zichtbaar is wanneer de oceaan zich voor luttele seconden terugtrekt. “Zee!” schreeuwt een percebeiro terwijl een gevaarlijke golf van anderhalve meter met brute kracht en snelheid op María af komt gevlogen. Haar ijskoude, door artrose aangedane vingers grijpen zich in alle macht vast aan de scherpe rotswand, en de woeste golf van de oceaan beukt voor de zoveelste keer op haar in. Het touw rond haar middel wordt strak gehouden door haar collega die op een rots enkele meters boven haar de golven in het oog houdt, het is haar enige veiligheidsnet. Maar als het gevaar weer is geweken, lacht ze. Met de zorgeloze blik van een kind dat dromerig schelpjes zoekt op het strand. “Ik kan niet leven zonder de zee. Die geur, het huilen van de wind, het geluid van de onheilspellende golven. Alsof de oceaan me persoonlijk influistert om snel dekking te zoeken. Ik vind het romantisch.”

“Ik kan niet eens zwemmen”

Toch is haar liefde voor de zee niet blind. Verhalen van percebeiros die ’s morgens vertrekken naar de rotsen en nooit meer terugkeren, zijn helaas niet schaars. De zee, die hen al jaren voorziet van eten, eist af en toe een offer. “De zee maakt me bang,” geeft María del Mar toe. “En terecht, want ik kan niet eens zwemmen. Ik moet dus veel alerter zijn dan mijn collega’s. Bovendien heeft het water genoeg vrienden van me de dood ingesleurd. Twee ouders die hun kind als wees achterlieten, echtgenoten die na hoogtij het avondeten niet haalden. We hebben van dichtbij tragedies meegemaakt.”

Lees verder op Blendle (€)